woensdag 28 november 2012

En nog wat foto's

Sorry mensen, de Chinese overheid weerhoud ons ervan op blogspot in te loggen. Dus het is nogal omslachtig om ons blog te updaten.
De onderstaande foto's kregen we helaas niet in de tekst.

Sorry people, the Chinese government stops us from logging in to our blogspot account. So updating the blog is a bit of a hassle.
This photos we could not get pasted into the text. 


The flooted village;













Flooted village

Xining - Chengdu, home of the panda

For English please see below the Dutch text! Thank you.


Zwetend tussen de apen en lianen dat was een beetje te optimistisch van ons. We moeten nog even geduld hebben. We zijn na een lange tocht vanaf Xining in Chengdu aangekomen. Het ligt welliswaar op maar 500 meter hoogte maar warm is anders. We hebben er een mooie maar zware tocht opzitten. We zijn vanaf Xining richting Lanzhou gefietst. Veel verkeer overal en heel bewoond. Vlak voor Lanzhou zijn we de hoofdweg afgegaan en de gigantische gele rivier overgestoken. Hup weer de bergjes in.


We wilden doorsteken via een weg die weer op de lange, doorgaande weg Lanzhou-Chengdu uit komt. We hadden gelezen over een heel mooi maar afgelegen klooster Bingling Si. Waar we nu praktisch langs zouden komen. Die avond fietsen we iets te lang door en het is al pikdonker als we bij een gigantische dam aankomen waar 2 rivieren samenkomen en een groot bord staat met scenic area! Er is nergens plek om te kamperen maar uiteindelijk kamperen we in een grote betonnen soort plantebak van een winkelier. De winkelier is een aardige gast en probeert ons over te halen om de volgende dag naar Bingling Si te gaan. Je kan er eigenlijk alleen per boot komen en de fotos liegen er niet om. Wow dat ziet er gaaf uit. Of de Chinezen zijn kanjers in het fotoshoppen, of het is echt ongeloverlijk betoverend. De volgende ochtend als Wieger het dagelijkse ritueel van havermout en koffie maken begint staat er al iemand naast onze plantebak: Bingling si? Ja ok. Na de prijs te hebben afgesproken, ontbijtje verorbert en spullen gepakt gaan we met een vrouw mee. Er zijn nog 2 andere toeristen. Chinezen. Samen stappen we in een miniskuul speedbootje en zetten koers naar het klooster. Ongeveer een uur later zijn we in de buurt. Maar zoals we al gelezen hadden, is het waterpijl deze tijd van het jaar bijzonder laag en we zien verschillende bootjes terug keren en de passagiers schudden nee. Dat zou wel een teleurstelling zijn. Maar we gaan toch door. Allemaal voorin komen zitten en ja hoor we komen er uiteindelijk door. 

De tocht alleen al is ongelooflijk mooi.
Het klooster is helemaal op een klif en in een valei gebouwd en bestaat uit allemaal tempeltjes. We krijgen anderhalf uur de tijd om rond te banjeren. We worden meteen al belaagd door tientallen verkopers die ons prullaria willen verkopen. Sommigen waren nog best lastig af te schudden. Alles wat ze zeiden was: Later come back? Later come back? Ja ja we komen wel terug ja. Daar ligt onze praam namelijk aangemeerd. Als we terug komen zijn ze al net zo enthousiast. We moeten ze teleurstellen en kopen geen stenen eieren van ze.

Bingli Si:







Vanaf Bingling Si nemen we kleine weggetjes op weg naar de hoofdweg die we nog lang niet zouden gaan zien. Wow dit is echt een mooie weg. Pittig omhoog de hele tijd maar dit is echt China. Landschappen helemaal gecultiveerd met terassen overal. Overal hele kleine dorpjes en een lichte nevel over het landschap heen. Opeens komt er weer een bus langs geraasd en er schreeuwd iemand wat. Dan ziet Wieger een bekende kop uit het raam. Het is Albert. Een Spaanse fietser die met zn Nederlands-Japanse vriendin Erika aan het toeren is. Maar doordat Erika half Japans is en er momenteel weer wat diplomatieke problemen zijn heeft ze visum problemen en moeten ze haasten door China heen. Zonde!



We hebben weer eens een keuze. Een groene weg (volgens ons betekend dat mooi) en de rooie. DE doorgaande. We kiezen de groene. Maar we komen de rivier niet over want er is geen brug hier. Die hebben we dan gemist. Dan maar dit mooie gele weggetje. Natuurlijk de hele tijd omhoog. En hij wordt natuurlijk steeds slechter. Maar wel ongelooflijk. Hier komt echt nooit een buitenlander, dat is wel te merken. Als we het zoveelste dorpje doorkomen waar we raar worden aangestaard staan er aan het eind van het dorp bij een slagboom een groep mannen. Ze nodigen ons uit voor iets. Dat is raar. Chinezen zijn geen Turken en ook geen Iraniers en uitgenodigd worden: Dat is ons nog niet overkomen. Maar het gaat niet echt op een natuurlijke manier. Dit is geen zuivere koffie. Wel troebele thee. Heel veel zelfs. Als we een slok nemen worden we al weer bijgeschonken. Hompen brood krijgen we. (Chinees brood is echt niet te vreten trouwens, in tegenstelling tot al het andere eten hier wat heerlijk is) Na 10 minuten koest te zijn gehouden komt de aap uit de mouw. Zoals we al gedacht hadden: de smeris. En een Engels leraar die slechter Engels sprak dan een vijf jarige Nederlandse dreumes. Alles willen ze van ons weten. Aardig zijn ze wel. Maar sjongejonge. Wat doen wij hier.. Tis hier zo mooi heh . Willen wij zien. Waar zijn jullie geweest. Slowly, slowly. Elk gehucht waar we zijn geweest word opgeschreven. Nog meer Thee? Sigaret? Ja hoor. Waarom niet. En dan de hamvraag van vandaag: Vanaf welk land zijn wij China ingekomen vraagt oom agent met ons paspoort, visum en stempel in zn hand. Kirgystan antwoorden we. No which country.? Kirchystan. No country. Yes Kirgystan> Dit herhaald zich nog zo'n 10 keer. Ook als we Kirgizie op onze kaart aanwijzen valt het kwartje niet. 20 man in deze kleine kamer en niemand heeft ooit van dit buurland gehoord. Na een uur mogen we gaan. We take care of you zei de Engels leraar telkens maar. Hmmmm dat kan je ook op verschillende manieren interpreteren maar goed. Of we de weg wel wisten. Uuuuuh ja hoor. We komen hier elke week joh. Nou achteraf bleek dit nog niet zo'n rare vraag. De weg is inmiddels een zandpad vol gaten geworden. Voor de Drentse lezers: de trialbaan van Diphoorn is er kinderspel bij. Bovendien splitst de weg alsmaar waardoor we moeten gokken. We komen nog een groep boerenmeisjes tegen en vragen de weg. We moeten dat pad op. Steil omhoog naar de pas. Zelfs lopend, de fiets duwend redden we het maar amper zo steil was het. Dan zijn we er eindelijk. Daarna weer helemaal naar beneden door de bagger. De fietsen zien er weer uit zeg en Wieger krijgt nog een lekke band.







Wiegers pa en ma hebben een kaart van China opgestuurd waarop ook de namen in ons alfabet staan. Verder kopen we per provincie detail kaarten hier in China met alleen de Chineze tekens. De China kaart is niet echt motiverend voor strevers. Na twee dagen ploeteren hebben we weer 3 centimeter afgelegd namelijk. Dit land is zo immens. En er zijn zoveel grote steden. Laatst hadden we een hotel genomen in een stad die op de kaart een dorp leek. Ongeveer net zo groot als Breda of Arnhem. 's avonds liepen we op straat en zeggen tegen elkaar. Weet jij eigenlijk hoe het hier heet? Nee geen idee hadden we. De mensen zijn hier wel vriendelijker en opener dan in het westen van China hebben we het idee. Ook de hondjes zijn hier een stuk minder lastig dan in Centraal Azie. Misschien moeten ze hier iets meer op hun tellen letten om niet in de pot te verdwijnen... Alleen de aangelijnde honden die je overal ziet hier, daarvan schrik je je helemaal kapot. Wieger had er twee keer bijna een in zn wiel vorige week. Als reactie meteen in de remmen. En Anna die dat iets te laat door had klapte er bovenop. Bam daar ging ze al voor de 2e keer in twee week. Een keer tegen een scooter op geklapt. Even niet opletten en een muziekje opzetten en die Chinezen stoppen zo midden op de weg. BAM. Maar goed dat ze nu altijd een helm draagt.

Nog een hotel verhaaltje dan. Ergens in een niet zo veel zeggend stadje onderweg komen we aan. Helemaal onder de modder. Anna's tassen zijn normaal geel en Wieger ziet haar al fietsen vanuit zn ooghoeken. Nu is het een hele grauwe waas. Het begint ook nog eens te regenen. Daar staat een heel chique hotel met bewaking en roomservice en al dat. Een blik naar binnen en we weten het. Te duur. Maar de bewaking vraagt ons of hij ons kan helpen. We hebben van Badjas uit Arnhem een heel handig boekje met Chinees gekregen tijdens ons afscheidsfeest. Dankjewel jongen!! Er staat bijvoorbeeld in: Wij zoeken een goedkoop hotel. De bewaking wijst naar het hotel. Nee das te duur. Nee zegt de jongen met zn jolige hoofd. Kom maar mee. We komen de binnen en de prijzen liegen er niet om. Maar nog voor de cassiere de prijs per nacht kan zeggen heeft de bewaker al in het Chinees gezegd 125 Yuan. 15 Euro. Laat maar zien zegt Wieger. Het ziet er pikobello uit. Warm schoon simpel douche bedwerwarming. Maar dat kan ook wel voor 100. De bewaker bied Wieger nog een sigaret aan en we gaan terug naar de balie. Hij helpt zelfs nog met afdingen. EN ja hoor 100 is goed. Heel het personeel juigt als we zeggen we doen het. EN met 5 man sterk helpen ze ons mee onze ranzige en zware tassen naar de kamer te brengen. Jammer dat we daar geen foto van hebben. Onvergetelijk was dat. De fietsen mogen in het portiers kantoortje blijven staan. Heerlijke nacht en alles weer schoon gemaakt. De volgende ochtend vroeg weer verder. Maar wat is dit nu. Het fietscomputertje die nog op Wiegers computer zat is nu weg. Shit. Helemaal vergeten . Hoe kan dat nou. Overal gezocht en de nachtwakers ook wakker gemaakt. Maar nergens is de kilometerteller. Dat is balen zeg. Maar wij gaan hier niet weg voordat hij er is zegt An. En dat merken ze ook dus word er nog meer moeite gedaan en ja hoor. Opeens rennen de 3 bewakers van de dagshift naar een prullebak. Keren em op zn kop endaar is hij dan. Helemaal onder de meuk ligt hij op de bodem. Maar hij doet het nog. Na een mooie foto sessie (de verantwoordelijke nachtwakers mogen er niet op van de knaap met zn jolige hoofd) En we nemen weer afscheid.


Nog 2 of 3 dagen op de hoofdbaan gefietst. Helemaal niet druk en heel de tijd mooi langs de rivier. Op en neer heel de tijd maar langzaam naar beneden. Op een gegeven moment zelfs wat palmbomen en bamboo her en der. Tis hier overdag ook aangenaam warm en 's nachts ook goed te doen. Maar we willen eigenlijk nog een keer terug de hoogte in. Er ligt namelijk een heel mooi natuurpark op steenworpafstand. (paar honderd kilometer) Jiuzhaigou heet het. Met talloze meren met verschillende kleuren en watervallen. Maar dat word weer flink klimmen dan. We doen het toch en pakken de afslag . Klimmen langs een mooi riviertje. Weer van 800 naar 2500 meter. Dan weer helemaal naar beneden en weer naar 2000. Wel heel mooi hier.


Jiuzhaigou is super toeristisch. Zelfs nu in de winter. Er komen 1,5 miljoen toeirsten per jaar. We nemen een hotelletje en gaan de volgende ochtend voor de zon op is al naar de ingang. Er staat al een groep popelende Chinezen met camara's te wachten om een kaartje te halen. Eindelijk gaat het ticket office open . Ellebogen werk is het nu. Onze ANWB pas en ov chipkaart kunnen prima door voor studentekaart en we krijgen nog mooi half prijs voor dit belachelijk dure park. In het park ben je verplicht bussen te pakken tussen de verschillende meren. En veel paden zijn afgesloten vanwege brandgevaar in combinatie met de kettingrokende Chinezen. 




We komen een Chineze jongen tegen die super goed Engels spreekt: Chang-Cun. Do you want some adventure zegtie? Ja hoor, tuurlijk. Hup door de bosjes over een hek en daar zijn we op de houten flonders. Helemaal alleen zonder de duizenden toeristen. De hele dag trekken we met deze toffe peer op. Heel de tijd over hekjes heen en weer op de verlaten paden. En heel dom kijken als je gesnapt word door de bewaking die ons een lesje leert. Maar aan zn kop zien we dat het hem eigenlijk niet boeit. Wel worden we nu extra in de gaten gehouden. Maar het park is zo groot en de verleiding ook. 



Dit was echt een toffe dag. Super mooi landschap en eigenlijk best rustig zo. 's Avonds gaan we samen met onze nieuwe vriend ergens wat eten. Uiteraard weer super lekker. Vanavond eten we weer Chinees. EN niet duur. Chang-Cun trakteerd want zo zegt hij jullie moeten nog wel even. Hij staat er op. Dankewel Chang-Cun. Het was een heerlijke dag. Hij is geoloog en was voor een conferentie over satelietbeelden in Chengdu. Hij woont helemaal in Urumqi en vliegt overmorgen terug. Hij waarschuwd ons. Dat de weg naar Chengdu nog pittig wordt en erg smal is.





De volgende dag blijkt Chang-Cun niet overdreven te hebben. Het gaat nog eventjes 1500 meter klimmen in 50 kilometer. Wow dit is zo mooi hier. Het lijkt wel op de Rockies is Canada. Ook nog eens een strak blauwe lucht. 400 kilometer is het volgens de kaart naar Chengdu. Eerst helemaal omhoog dus dan helemaal naar beneden 350 kilometer lang. Maar een echte afdaling zit er toch niet echt in. Het is bijna vlak. Minder dan 1 procent naar benee. En een keiharde wind tegen waardoor het niet zo hard gaat. Dag twee fietsen we toch nog 140 kilometer. Dag drie 100. We denken de hele tijd dat we straks wel tussen de palmbomen zullen fietsen. Maar niets is minder waar. Kaal landschap en koud overal. Dag drie is echt een baaldag. Keiharde wind. Talloze onverlichte lange tunnels met superveel bussen en vrachtwagens en geen ventilatie. Onze middelvinger gaat regelmatig de lucht in naar buschaufeurs die allerlei inhaal praktijken ondernemen en ons bijna platrijden. De middelvinger is in ieder geval een internationaal erkend gebaar want we krijgen hem ook een paar keer terug. 

Die avond kamperen we bij "het overstroomde dorp". Er staat zelfd een bord bij in het Engels. Dit is gebeurd tijdens de catastrofale aardbeving die hier in 2008 is geweest. Er zijn duizenden mensen bij omgekomen. De volgende dag moeten we in Chendu aankomen. 

Nog 70 kilometer als het goed is. Mooi niet dus. De weg gaat zigzag vanwege het water en de dammen. Nog weer veel tunnel en dan komen we in de voorsteden. Die zijn eindeloos. Als we denken dat we in de stad zijn moeten we nog even 60 kilometer fietsen. Eindelijk komen we net voor het donker in het hostel aan. Het is hier super gezellig. Weer komen we allerlei bekenden tegen. Vooral andere fietsers. We hebben een hele lijst met dingen die er moeten gebeuren hier. Vooral dingen maken en kopen maar ook leuke dingen gelukkig. Zo gaan we naar een masseur toe. Dat hebben we wel verdient en Anna gaat een tatoage laten zetten als we een goeie tatoeur vinden. We hebben ook weer koffie gevonden en.... Edam kaas. De stad bestaat helemaal uit winkelstraten en eettenten, zoals alle Chineze steden trouwens. Je vraagt je af hoe ze allemaal kunnen overleven. Het draait allemaal om consumptie. Bovendien hebben de multunationals een sterke grip op de Chinezen. Naast Mc Donnalds en KFC ook Wall-mart, Carrefour, Auchun, Decathlon, Ikea en zelfs H&M en C&A. De mensen zien er hier heel modieus uit en ook rijk. Er zijn een paar metrolijnen en veel bussen maar fietsen is ook aardig ok hier. Speciale fietsbanen. Maar je moet bijzonder goed uit je doppen kijken en het is veiliger door rood te fietsen dan groen op een of andere manier. We blijven hier nog een paar dagen en gaan vrijdag naar Leshan om voor de 2e keer ons visum te verlengen. Daar schijnt het nogal makkelijk te gaan. We hopen dat we nog een maand krijgen. En dan gaan we ECHT de warmte in. Iedereen bedankt voor het lezen en we missen jullie wel hoor!


Groetjes An en Wieger


Sweating like hell and cycling in between the monkeys and bush bush, it was a bit too optimistic. We will have to have a bit more patience for that. After a long journey we arrived in Chengdu from Xining. It is only at 500 meters altitude but it is not quite warm. We have had a nice but pretty though ride. We went from Xining towards Lanzhou. A lot of traffic and pretty crowded place. Just before Lanzhou we went of the main road and crossed the huge yellow river and went back into the mountains. We wanted to take this "short" cut towards the main road Lanzhou-Chengdu. And we've read about a beautiful monastery called Bingling-Si which we would practically pass now. That night we continue a bit too long and it is already dark when we arrive at a huge dam where two rivers meet. There is a sign saying: Scenic area. There is no place to camp anywhere and eventually we camp in sort of a huge flower basin of a shop holder. The shop holder is a nice guy and tries to convince us to visit Bingling si the next day. You can only really get there by boat and the pictures are incredibly. Either the Chinese really master photoshop or it is really magical over there. The next morning when Wieger is starting up the ritual of making oaths and coffee there is already someone next to our plantbox. Bingling si? After having negotiated about the price, eating breakfast and having packed up the stuff we follow a women towards a tiny speedboat. There are two other tourists. Chinese men. We get in and set off towards the monestry. As we've read already there turns out to be little water at this time of the year in the river. Its very shallow and several boats are turning back already shaking no. That would be a big disappointment. But we continue. All move to the front of the boat and there we go. We are getting there. Yes . The trip only is already worth the effort, so beautiful!


The monastery is build completely on a cliff and inside a valley and consists out of many little tempels. We are given an hour and a half to take a look around. And immediately we are being hunted by sales people. At least ten of them who want to sell us all kind of junk. Some are pretty hard to get rid of. All they said was: Later come back? Yes yes obviously , our little boat is here. When we are coming back later they are just as enthusiastic. But we have to disappoint them . We are not buying no stone eggs.


From Bingling si we take some small roads towards the main road which we were not going to see for a long time jet. Wow, beautiful road. Pretty steep up the whole time but this is the real China. Landscape completely cultivated with terrasses on the slopes. Everywhere nice little towns and a little fog over the landscape. Suddenly there is another bus passing us and someone is screaming something. Then Wieger sees a familiar head out of the window. Its Albert. A Spanish cyclist who is cycling with his Dutch-Japanese girlfriend Erika. But because Erika is half Japanese and there are some diplomatic issues again she has problems with visa and they have to haste through China. Its a shame!


Once again we are given a choice. A green road (according to us that must mean beautiful) and the red one. The bigger road. We choose the green one. But we cant cross the river, there is no bridge here. We must have missed it. Then we take the yellow one. Of course the whole time ascending. And of course the road is getting worse and worse. But its incredibly beautiful. Here, no foreigners ever come we guess. When we pass through one of the many villages and being stared at by everyone there is a group of men at the end of the village waiting for us next to a gate. They invite us for something. We haven't had that jet. Chinese are not like the Turks and not like Iranians either. But its not done in a very natural way. Something is not right here. We are given lots of thee. After each sip we are getting a refill already. And we are given loads of Chinese bread. (which is very disgusting, unlike all the other food here by the way which is delicious) After 10 minutes having been kept busy by our hosts all becomes clear. There come the cops and also an English teacher who spoke worse English than a five year old Dutch brat. They want to know everything about us. But at least they are friendly. But o o o What are you doing here and where have you been. Tourist ? Yes. All places we have been in China. Slowly because the lower rank cop has to write all of it down. More thee? Cigarette? Yes ok why not. And then the central question: "From which country you come China" he asks us with our passport,visa and stamp in his hand? We answer; "Kyrgyzstan", No which country. Yes Kyrgyzstan. No, no you not understand Country. Also when we show them our Chines map and Kyrgyzstan not one of all 20 guys in this room has got a clue that this is a (neighboring) country and they repeat the question another 10 times. After one hour we are allowed to proceed. "We take care of you" they sai one last time. Hmmm there are different ways to interpret this but ok. And also "do you know the way here"? Of course! we come here every week. Well looking back, this was not an strange question. The road is now a sandpath full of holes and collapsed bridges. Besides there are crossings all the time so we have to guess. Luckily we see a group of young peasant women and yes we have to take the steep path up the hill towards the pass. Even walking and pushing the bikes we could hardly make it because it was that steep. Finally we are at the top. And after this a long downhill through the mud. The bikes look like shit now and Wieger is getting a flat tire as well. But the Puncturepunks are back on track.


Wieger' s parents have send a Chinese map on which there are also the Chinese names in our alphabet. Besides this we are buying local maps of the provinces here with only the Chinese characters. The Chinese map is not very motivating to use for a "striver" After two days of struggling we have done another 3 centimeters. This country is so immense! And there are so many huge cities. The other day we took a hotel in a city that looked like a small town on the map. It turned our to be a middle sized city. In the evening we asked ourselves: do you know the name of this town? No idea. The people around here seem much friendlier and open than in the west of the country, at least this is how we experience it. Also the dogs are less trouble here. Maybe they have to behave so well not to end up in a pot. Only the leashed dogs that you see everywhere: they make you startle. Wieger almost had a few in his wheel last week. As a reaction he hit the breaks and Anna who noticed a bit too late hit him and fell off her bike. BANG that was the second time for her in two weeks. First time she hit a scooter who was suddenly stopping. She was playing with her mp3 player and BANG. Good thing she wears a helmet nowadays.


Ok a funny hotel story. Somewhere in a not so special city along the road we are arriving. Completely covered in mud. Anna's bags are normally bright yellow and Wieger can see her from far away. Now its a gray haze. And it also starts raining now. There is a very expensive looking hotel including guards and room-service and all that. One look inside and we know that this is out of our league. So we take off. But the guard is trying to help us. We have a very useful book that "Badjas" gave us on our goodbye party and in the book there is a sentence in Chinese saying; "we are looking for a cheap hotel". He points at the hotel and we say no thanks. Too expensive. No says the boy with his happy looking face. Come with me. We go inside and the prices are pretty astronomous. But before the lady at the desk can tell me the price for a room the guard already tells us to charge 125 (15 euro) Ok show me. It looks really ok. Warm,clean, simple, shower and electric blankets. But could it be done for a hundred? The guard offers Wieger another cigarette and together they go back to the desk. He even helps with the bargaining. And yes 100 is OK. The whole crew is cheering when we say we do it! And with 5 bodies hotel crew they help us carry all the rancid heavy mud-bags into the room. Too bad we don't have a picture of that. Unbelievable that was. The bikes can stay in the front office. We have a really comfortable night and everything is clean again. But what is this? The next day we are up early but when we want to leave we find out that our speedometer is gone from the bike. Shit, totally forgotten to take it off. How can this be. That is really not nice and not the first time in China. But we are not leaving until it is back. And they notice this. We look all over the place. They also wake up the night guards. They don't know either. But suddenly the three of them all run to one garbage bin. Take it upside down. And YES there he is. Completely dirty and wet but still working. After a nice photo session (the responsible nightguards are not allowed on says the funny guard) we say goodbye!


2 or 3 days on the main road. Not very busy and all the time along a river. Up and down but more down in the end (downstream) At a certain moment we even see palm-trees and bamboo here and there. It is very agreeable weather during the day. The nights are also OK. But actually we want to go back to the mountains one more time. There is a very nice national park not far from here (only a few hundred km) Its called Jiuzhaigou. With countless lakes with different colors and waterfalls. But its gonna be heavy climbing again. We do it anyways and take the junction. Climbing along a nice river. From 800 meters again to 2500. Than all the way down again to 2000 meters. Very beautiful here!!


Jiuzhaigou is very touristy. Even now in winter. There are 1,5 million visitors per year. We take a hotel and next day before sunrise we are going towards the entrance. There is already a whole bunch of Chinese armed with camera waiting for a ticket. Finally the counter opens up. Elbows are being used now to confiscate a ticket. In the park you are forced to take busses between the different lakes and the distances are quite big. Many paths have been closed because of the dry season in combination with the always smoking Chinese. We meet a Chinese guy, Chang-Cun who speaks very good English. Do you want some adventure? We? Yes of course. And there we go through the bushes over some fences onto the wooden path. All alone. Without the thousands of tourist. Looking very innocent if we are being caught. The guard is teaching us a lesson in Chinese but his face says that he actually doesn't care that much. We are being watched now. But the park is so big and the temptation is big. The whole day we are hanging out with this cool guy and climbing fences.. What an awesome day. Super nice landscape and actually pretty quiet like this. In the evening we are having diner with our new friend, of course super delicious again. Its Chinese tonight. And Chang-Cun insists to pay the check. You guys still have so far to go he says. Thank you Chang-Cun it was a wonderful day. He is geologist and has been to a conference in Chengdu. And flies back the day after tomorrow to Urumqi where he lives. He is warning us. The road to Chengdu is gonna be though and very narrow.


The next day it appears that Chang-Cun didn't exaggerate. It is going up another 1500 meters in 50 kilometers. Wow it is so beautiful here. It looks a bit like the Rockies in Canada. Also a clear blue sky. It's 400 kilometers to Chengdu according to our map. First all the way up and than all the way down for 350 kilometers. But thats not a real descent like we hoped it to be. Its almost flat. And a huge headwind so that it doesn't really go fast. Day two we cycle a good 140 anyways and day 3 a hundred. We expect palmtrees any moment now but it doesn't seem like that at all. Barren landscape cold wind. We are getting pretty moody. Lots of unlit tunnels with no ventilation, loads and loads of trucks and busses who take over at the most dangerous places without looking. Our middle finger rises into the sky several times this day toward the busdrivers who almost run us over. The middlefinger sure is internationally recognized because we receive some fingers back as well. That night we camp next to the sunken village. There is even a sign in English next to it. This happened during the huge earthquake in 2008 when thousands were killed. The next day we are supposed to arrive in Chengdu. Another 70 km it should be. But its not. The road goes zigzag because of the dams. And again many tunnels and then we arrive in the suburbs. These are endless. We think we should be in the city soon but we have to do another 60 k. Finally we arrive at the hostel just before darkness sets in, It is super cozy here. The hostel is even called Sims Cozy. We meet some people we know again. Mainly cyclist. Nice! Many things have to be done here though. Mostly buying and fixing stuff. But also nice things like going to a massage place. We deserve this we think after the hard cycling. And Anna is gonna get a tattoo here if we find a good place at least. We also find coffee and Edam cheese. This city completely consists out of shopping streets (like most Chinese cities), you wonder how all those can survive. Its all about consumption. The multinationals have a strong grip on the Chinese. Beside MC Donalds and KFC there is also Wall-Mart, Carrefour, Auchun, Decathlon, Ikea and even H&M and C&A. The people here are looking quite fashionable and pretty rich as well. There are a few subway lines and many buses and biking is also quite OK here. Special bikelanes. But you have to really watch your back. And for some reason its safer to cycle through the red light than to go to the green. We are staying another few days here and leave friday for Leshan to extend our visa for the second time. It supposed to be easy here. We hope we get another month. Then we are really going towards the warm weather. Well everyone thanx for reading. And we do miss you guys!


Greetings Wieger and An


woensdag 7 november 2012

Kashgar - Xining

for English, please see under the Dutch text!! Thanks.

Hallo beste lezers. Na al weer een kleine maand in China wordt het tijd voor een update op ons in China geblokkeerde blog. We zitten een paar dagen in de stad Xining om ons visum te verlengen. Dat hebben we gisteren gedaan en ging gelukkig heel makkelijk. We kunnen hem woensdag ophalen.

We hebben behoorlijk gesmokkeld om hier te komen. We hebben 2 keer een trein gepakt om een stuk van de gigantische Taklamakan woestijn te skippen.

                                                            Ancient city of Jiaohe, Turpan

De fietsen zijn naar het plaatsje Liuyuan gestuurd en wij hebben een dag later een nachttrein vanaf Kashgar naar Turpan genomen. De trein zou er 24 uur over gaan doen maar omdat we in een storm terecht kwamen en de trein niet verder kon kwamen daar nog eens 7 uur bij. We kwamen om 3 uur 's nachts aan op het station dat nog 40 kilometer buiten Turpan ligt. Turpan is een relaxt stadje dat in een gigantische oase in de woestijn ligt. Omdat het hier zo laag is, is het de warmste stad in China. Nu is het er aangenaam en zelfs nog een beetje fris maar in de zomer is het blijkbaar niet uit te houden. Overal worden druiven verbouwd voor rozijnen. Er valt veel te zien in de omgeving. Helaas kosten alle attracties hier veel geld (zelfs de druiven vallei). Dus we kijken wat we het liefst willen zien. We bezoeken er de ruines van de eens zo machtige stad Jiaohe. Het ligt maar 10 kilometer van Turpan en is heel bijzonder om te zien. Het is nog grotendeels in tact door het droge klimaat en je kan letterlijk door de oude straten lopen en de verschillende tempels en huizen bekijken. Het is omringt door een groene vallei met een riviertje dat de stad van de woestijn afschermt. We zijn helaas niet de enige. Zelfs nu in het laag seizoen bussen vol met Chinezen.


                                                                   Valley Jiaohe, Turpan


Je kan in Turpan een toer boeken met alle attracties in 1 dag. En dat is opschieten geblazen voor deze drukke toeristen. Ze rennen letterlijk naar het uitzichtpunt, schieten een foto en rennen weer terug de bus in naar de volgende attractie. Wij zijn ongeveer 2 uur aan het dwalen geweest in het stadje en na het uitzichtpunt is er bijna niemand. Als we naar de uitgang lopen zien we net weer een nieuwe groep aankomen. We kopen een vies ijsje en gaan lekker in het zonnetje zitten. Het ijsje is nog niet op of deze fanatieke sightseeers zijn alweer terug bij de uitgang. De middag spenderen we met wat rond te lopen in de omgeving van Jiaohe. Wieger klimt nog een bergje op voor een mooi uitzicht over de stad. Anna geniet nog even lekker van het zonnetje en de warmte die we de komende tijd zullen moeten missen.


                                                                            Valley Jiaohe, Turpan

Die avond om 23.00 pakken we de trein naar Liuyuan, waar we weer verenigd zullen worden met onze fietsen. Eindelijk. Best raar om je fiets zo over te leveren aan de spoorweg-Chinees. Als dat maar goed gaat. ' s Morgens vroeg komen we aan in Liuyuan en wat zien we daar: Anna's fiets is compleet beschadigd. Dikke diepe krassen in het frame. Tandwiel beschadigd en haar slot is weg. Dit Abus slot heeft twee functies. Je kan hem ook op je stuur monteren en er op leunen. Het hele bevestigings systeem is afgebroken en het slot dus weg. We zijn razend en helaas moet de Engels-sprekende baliemedewerkster het ontgelden. Haar baas kan geen Engels en wil eerst geen verantwoordelijkheid nemen. Slot stond niet op de lijst, er staat alleen 2 ouwe fietsen op. 2 OUWE FIETSEN??? Als we hem duidelijjk maken dat de wielen, het stuur en het zadel er ook niet opstaan omdat het toch deel van de fiets is, en deze fietsen en het slot bovendien behoorlijk kostbaar zijn, lijkt hij te zwichten. Na veel gezeur wil meneer ons wel een schadevergoeding geven van 100 Yuan (13 euro) want zoveel kost een Chinees slot. We leggen hem uit dat dit slot en het systeem toch minstens 80 euro hebben gekost en een waar bazaar taffereel begint zich te volstrekken. Afdingen geblazen. Uiteindelijk komen we tot een compromis. 500 Yuan (60 euro). Cash. Dan zijn we van het gezeur af. Pffff wat een ochtend. Eindelijk vertrekken we dan de woestijn in. Onderweg naar Dunhuang 130 kilometer verderop.

         New haircut

Na een nachtje kamperen in de woestijn arriveren we de volgende middag in Dunhuang. We komen 2 Israelische reizigers tegen die we al eerder hebben ontmoet. Ze hebben 2 motoren gekocht voor 150 euro ofzo en scheuren nu richting Chengdu. We vinden een gezellig klein hostel gerund door een bakkersechtpaar. Vers brood dus. In China is dat moeilijk te vinden. Chinezen eten amper brood! Vanaf Dunhuang kun je de gigantische Zandduinen van de Gobi woestijn zien. Jaja de Gobi en niet meer de Taklamakan. Hoewel het geografisch gezien bijna aan elkaar vast zit door de Lob Nor woestijn. Een van de heetste plekken op aarde. De volgende ochtend fietsen we naar een van meest toeristische plekken van China (na de Chineze muur en het Terricotta leger bij Xi-an): Het Mogao klooster. Een gigantisch budustisch klooster helemaal uitgehakt in de rotsen met honderden kleine kamers. Er zijn maar liefst 2600 budabeelden te zien waaronder een van 26 meter hoog en er zijn vrij recentelijk eeuwenoude manuscripten gevonden. Daarnaast zijn er overal muurschilderingen die goed behouden zijn door het droge klimaat. De entree is een rib uit ons lijf, maar het is echt ongelovelijk spectaculair. De engels sprekende gids wist ons veel te vertellen over het boedhisme en de geschiedenis van de grotten. Vlak buiten het terrein slaan wij wederom ons kampement op in de woestijn en maken onze borst nat voor een fris nachtje.


                                                Cottontransport on the road from Dunhuang to Jiayuguan


                                               Leemkas/greenhouse on the way from Dunhuang to Jiayuguan

Dan is het tijd voor kilometers klappen door de barre woestijn en wat merken we nu? We hebben eindelijk een keertje wind mee. We gaan als een speer. En ondanks dat de dagen al aardig kort zijn hebben we aan het einde van de dag 130 op de teller staan. Lekker hoor. Helaas is het feestje de volgende dag al weer over en moeten we weer flink op de pedalen staan. We zijn nu onderweg naar Jiayuguan. Weer een historisch belangrijke plaats voor de zijde route en voor het Chinese rijk. Hier was namelijk de grens tussen China en het gigantische niemandsland vol barbaren. Ook begon of eindigde hier de Chineze muur en staat er een groot fort. Voor de rest is het een depresieve industrie stad die niet eens de schijn op houdt van een florisant verleden. We nemen weer een hotel. Best relaxt en lekker warm. We zien in het fietsehok nog 2 mooie fietsen staan. We informeren even en ja hoor: "your partners" zegt het baliemeisje. We vragen hun kamernummer en maken kennis. Het zijn 2 Duitsers Jens en Sabine, van middelbare leeftijd. Hele aardige lui en ze hebben al vaak van ons gehoord. Wat blijkt: ze hebben bijna dezelfde route gefietst als wij (inclusief Georgie, Armenie en Iran en overal waar ze kwamen hoorden ze van die twee Hollanders die een paar dagen voor ze zaten! Na deze beste oosterburen voor de zoveelste keer een stukje geschiedenisles te hebben gegeven en ze het verschil tussen Nederland en Holland te hebben uitgelegd gaan we gezellig samen wat eten.



                                                                 The end of the Great Wall, Jiayuguan


Cheers! On the background the Fort and Jiayuguan, how idyllic!


We hebben besloten om ons plan te gaan aanpassen. We moeten ons visum gaan verlengen en dat duurt een paar dagen. Dus het is beter om dan in een stad te zitten waar wat te doen is. Dus we willen dat graag doen in Lanzhou of in Xining. Maar dat halen we niet. We besluiten een stukje met de bus te doen samen met Jens en Sabine naar het stadje Zhangye. 4 fietsten wordt wel lastig dus splitten we over 2 bussen. Maar helaas in Zhangye geen spoor van de Duitsers die al een half uur eerder vertrokken waren. Dus we gaan het stadje maar bekijken en hopen dat we ze tegenkomen. Zhangye is echt China. Pagodes en mooie daken en marktjes. Ook de mensen zijn hier heel vriendelijk. Iets wat ons in de provincie Xinjiang nogal tegenviel vaak. We bezoeken ook nog een Budhistisch klooster. Echt mooi zeg! Tis mooi weer en we voelen ons echt relaxt hier. We hebben nog genoeg eten en we fietsen tegen 16.00 het stadje uit om te kamperen. Nog geen spoor van Jens en Sabine. We hebben hun verteld over ons plan om het klooster Mati Si te boezoeken ongeveer 50 kilometer ten zuiden van Zhangye en vanaf daar verder te fietsen. Misschien zien we ze daar.


                                                                             Zanghye




                                                                           Buddhist temple in Zanghye


                                                                        Bikerepair Bakfiets in Zanghye

De volgende ochtend vol gas naar Mati Si. Heel de tijd omhoog natuurlijk.We gaan nu richting het Tibetaans plateau. Als we aankomen bij het klooster geloven we onze ogen niet. Er zijn allerlei tempels gebouwd op tientallen meters hoogte in de steile rotsen. De trappen zijn door de rotsen gehouwd en gaan steil omhoog van het ene tempeltje naar de andere. In tegenstelling tot Magao zijn hier bijna geen toeristen en wordt dit klooster nog echt gebruikt door Tibetaanse monikken. Het is een groot terrein met overal tempeltjes. Maar het echte Mati Si is helaas gesloten. Die nacht kamperen we aan de voet van de klif onder de tempel. Het is ijskoud 's nachts. De volgende ochtend, als we net het ontbijt achter de kiezen hebben en ons kampement hebben ingepakt komt er een monnik de berg op gelopen met de sleutel in z'n ene hand en de nieuwste I-phone in de andere!! Hij laat ons binnen en het is echt super. Wat een werk moet dit geweest zijn om te bouwen zonder hoogwerkers en powertools! Om een uur of 10.00 zitten we weer in het zadel. Weer een paar honderd meter naar beneden naar de hoofdweg. We hebben besloten om naar Xining te gaan over het Tibetaanse plateau heen. Dat word kou lijden!!. Tis verder dus de hele dag klimmen en 's avonds een potje koken bij een half bevroren rivier. De pannetjes schoonmaken gaat al niet meer want het water bevriest binnen een paar seconden. Wat doen we onszelf nou weer aan!


                                                              Chinese boardgame and awesome sunglasses





                                                                      Above; Mati Si monastery

Er zitten 3 flinke passen tussen hier en Xining. De eerste is 3700 m,de 2e 3800m en de 3e 4000.m Het heeft de hele nacht ijzig gestormd maar de wind wel de goeie kant op. Echter als we opstaan voor het ontbijt merken we tot onze grote spijt dat de wind opeens draait en onze tent de andere kant opdrukt. Dat word zwoegen vandaag. Maar nog voor we onze spullen gepakt hebben en willen vertrekken zien we de wind opnieuw draaien. We zijn gezegend ondanks dat het ijskoud is. We worden aardig omhoog geduwd door de wind, maar als we bijna op de pas zijn word het weer echt grimmig en het begint te sneeuwen. We moeten nu als de bliksem naar beneden naar het dorpje. En naar beneden is echt ijs en ijskoud. Helemaal verkleumd komen we aan bij een restaurantje en wie hebben we daar.... Tim en Lorena. Gezellig. We ontdooien samen en zitten een paar uur binnen. Buiten woedt een ware sneeuwstorm en we weten niet wat we moeten. Misschien is de pas morgen dicht en zitten we vast en dat hebben we al meegemaakt in Kirgizie. Leuk voor een spannend verhaal maar na 2 keer begint ook dat te vervelen. We besluiten toch een hotel te zoeken in dit gat. Maar wat hebben we daar?? Nog een fietser. Met korte broek en poncho. Dat kan er maar een zijn. Het is Leo. Ongelovelijk. Met hem hebben we een paar dagen gefietst in Uzbekistan duizenden kilometers hier vandaan en nu zien we hem in the middle of nowhere in China. Samen delen we een kamer in het meest crappy hotel ooit. Wel met centrale verwarming en heel gezellig met zn allen.


                                                                           A Yak chilling out

Gelukkig is het de volgende dag mooi weer. En hoewel er nog wel veel ijs en sneeuw op de weg ligt beginnen we aan de klim. We vertrekken met Leo. Tim en Lorena zijn wat langzamer dus we hopen hun later weer te zien. Sowieso in Xining. Het gaat heel lekker en het ijzige landschap is supermooi. Dit is echt een vleugje Tibet hier. Al om 12.00 zijn we op de pas en om 14.00 weer beneden. Vandaag kunnen we de 2e pas niet doen dus we stoppen vroeg in een dorpje en nemen weer een hotel met het lekkerste bed van China. Nog even boodschappen en eten en dan zien we dat ook Tim en Lorena het gehaald hebben. Ze zitten in hetzelfde hotelletje!.


                                                                             The 2nd pass, Buddhist decoration

Na een heerlijk nachtje slapen is het tijd voor de 3e pas. Net als we vertrekken komen er NOG twee fietsers aan. Een van hen kennen we ook al. Het is Ralph onze Duitse collega bikepunk. Met wie we besloten hebben onszelf maar Puncture punks te noemen na de vele lekke banden die we beide hebben. Ralph is met een maat uit Duitsland die hem is komen opzoeken en meefietst tot Bankok. Holger. Dan komt er ook nog een Chineze fietser aan. Met een waar leger fietsen we de berg op. De een sneller dan de ander. Tim en Laurena vertrekken later. Bovenop de berg blijkt er een tunnel te zijn op 3800 m . De klim viel 100 procent mee. En het was heel gezellig met zn allen. Dan de lange afdaling. Nog 120 kilometer naar Xining. We kamperen die nacht vlak voor de stad. (scheelt hotelkosten) En de volgende ochtend rollen we Xining in.


                              The 3th and last climb; Ralph, Wieger, Leo, the anonymous Chinees and Holger

Iedereen is er weer en we zitten in een hele relaxte jeugdherberg. Xining is gigantisch met dikke wolkenkrabbers en smog. Voor Chineze begrippen is het echter een klein stadje. Visa zijn gefikst en we gaan nu kijken wat onze verdere route is. We kunnen weer het pleteau op om daar kou te lijen en mooie kloosters te bekijken richting Chengdu waar de warmte op ons wacht, of eerst een stukje richting Lanzhou en dan naar beneden naar Chendu. Die weg ligt iets lager. Hoe dan ook: we moeten nog even geduld hebben voor het lekkere weer!! (1000km) We kunnen niet wachten!!! Nou beste familie, kornuiten, collega fietsers en ander gespuis, bedankt voor het lezen en we hopen jullie de volgende keer fotos van korte broeken , panda's, apen, groene heuvels en rijstplantages te kunnen laten zien.


                                                                                Icy landscape

English:

Dear readers. After almost 1 month in China it is time for a fresh update on our in China blogged blog. We are in Xining for a couple of days to extend our visa. We went to the office yesterday and we can pick up our extension on Wednesday. We have cheated a bit to get here so soon, because China is huge. We have taken 2 trains to cross the gigantic Taklamakan desert.

The bikes where sent to Liuyuan, but we made a stop in Turpan. We took a night train from Kashgar which was supposed to take 24 hours. We had a delay of 7 hours because of storm which apparently would make the train turn over. So we arrived at our first destination at 3 o'clock in the morning. Which was freezing. The town Turpan which we wanted to visit was another 40 km from the train station.

Turpan is a relaxed little town, with a lot of historical sights to visit  around. It is an oase, where in summer the surrounding is filled with grape fields. Turpan is the the lowest place in China, and the hottest in summer. Luckily for us summer is ended and the weather is mild. There is a lot to see in the surroundings of Turpan, but the entrance prices are riddiculous. So we decide to pick 1 sight. We visit Jiaohe, ruines of an ancient city. The city is well preserved because of the dry climate here. We wander through the streets and see the ruins of houses, monasteries, temples, etc. Very impressive.The city is surrounded by green valleys and 2 rivers that protected the town from the desert and other tribes.

We are not the only ones visiting this ruins. Even in the low-season the parking lot is packed with tour busses. Groups of chinese rush onto the sight, run to the viewing platform, take a few nice pictures with themselves as main karakter and rush back to the tour bus.

You can book tours to visit all the sights in 1 day. This means you have to rush however, 40 minutes per sight. (we took 2 hours to see the biggest and best preserved ancient city in China...) When we buy ourselves a typical Chinese ice cream (always a surprise..) a new group is coming in. When we finish our ice cream half of them is already back in the bus..

That afternoon we walk around in the valley. Wieger decides to climb a small mountain for some panorama pictures of the city. Anna enjoys the heat of the sun, it will be one of the last warm days for now.

That night we continue our journey by train to Liuyuan, where we will finally have our bikes again. It is very strange to sent your bikes by train, to just hand them over to the railway-Chinese. We hope it will all be ok. When we arrive in the morning it turns out it is not all ok. Anna's bike is scratched all over the frame and the lock is missing. We have locks on our handlebar that you can also use for leaning. The whole system has broken off, and the lock is gone. FUCK!

We are really pissed off and the one employee that speaks English really has to endure big time. Here boss does not speak English and he does not want to take responsibility. But see feels for us and she does here best.She explains that on the receipt it doesn't mention a lock, only 2 old bikes. OLD BIKES?!

After we explain how valuable these 'old' bikes are and how much the lock cost us and after explaining that the receipt also doesn't say anything about 2 wheels, a steer and a saddle, that those including the lock are attached and part of the bike here boss comes with a proposal. He wants to give 100 Yuan (13 euro), thats what a Chinese lock would cost.

But these locks cost 80 euro so we do not agree. When he notices that we are not gonna leave before some sort of agreement he starts bargaining like he is on the market. We end at 500 Yuan (60 euro) given cash, Pffff, finally!

After 3 hours of bullshit we finally ride off into the desert. 130 km to go to Dunhuang.

After one night of camping we arrive in Dunhuang in the afternoon. We meet 2 Israelis that we have met before. The bought 2 motors in China for 150,- dollar and are on their way to Chengdu.

We find a nice hostel, the owners also own a bakery, which is very hard to find here in China. Chinese people barrely eat bread. And the bread they eat often has no taste at all.

From Dunhuang we can see the gigantic dunes from the Gobi desert. Yes, we are in the Gobi desert now, which is connected to the Taklamakan desert by the Lob Nor desert. Very diverse landscape here in Western China!!

Next morning we cycle to one of the most touristic places in China (after the great wall and the Terracota army in Xi-an): the Mogao caves. This is a huge Buddhist monastery cut in the mountains. Hundreds of caves with 2600 buddha statues and murals that are well conserved because of the dry climate. A lot of important manuscripts and books where found here and one of the caves houses a Buddha statue of 26 meters!

The entrance is very high, but worth it. We get a 2 hour tour with a very nice guide that explains a lot about Buddhism and the history of the caves.

Right next to the complex we pitch our tent and ready ourselves for a cold night in the desert.

After sightseeing now it is time for cycling. We still have to make a lot of kilometers in the desert. Finally we have a tail wind! We cycle like hell and even though the days are getting short we manage to cycle 130 km. This feels good. Unfortunately the next day the party is over, we are back to usual business with a strong headwind.

We are on our way to Jiayuguan, another important Silk Road city. Jiayuguan was the border between the Chinese empire and the barren lands with bandits and rough climates.

This is where the Chinese wall ended and there is a huge fortress. Besides these sights the town is very depressing. We take a hotel, relax a bit after 400 km in the desert and take a shower.

We see 2 fancy bikes in the storage and ask the hotel employee if that are the bikes of other world cyclist. Yes, partners! She says. We ask for their room number and knock on their door.

So we meet Jens and Sabine, 2 cyclists from Germany. Apparently they have cycled almost the same route as we have and everywhere they came they heard about 2 cyclists from Holland that passed just 2 days before. After a little history lesson about the difference between Holland and The Netherlands we go out to diner.

We have decided to change plans a bit. We have to extend our visum pretty soon and we want to make it to Lanzhou or Xining for this. So we take a bus for 260 km to Zhangye. Jens and Sabine also take the bus there but we have to split up because 4 bikes won't fit in one bus.

In Zhangye we can not find them anymore, so we go sightseeing in this small and pleasant town. (later we hear that their bus took 2 hours longer...)

Zhangye is the real China, Pagodes, wooden roofs, small markets. And we find that the people here are more friendly than in the hostile deserts. We visit a Buddhist temple, very beautiful!! The weather is nice and we feel very relaxed in this place. We cycle out of town around 16.00 o'clock, without a sign of Jens and Sabine unfortunately.

Next day we visit another Buddhist complex called Mati Si. This place is unbelievable! Temples built in the mountains on altitudes that make you dazzle. With stairs carved in the rocks going from temple to temple. There are almost no tourists here, and the landscape is magnificent! Mountains covered in pine trees, snowy peaks, beautifully colored mountains. WOW!

The biggest temples are already closed when we arrive, so we camp at the foot of the kliff. Next morning, when we are all packed and ready to go there is a monk coming up to open the complex. In one hand the keys to the caves and in the other the newest Iphone..

He shows us in and we are totally amazed. What a work, and this without all the tools that we van use today!

Around 10.00 o'clock we are back on the bike. 10 km downhill and than climbing again.We have decided to go to Xining, over the Tibetan plateau. This is gonna be cold!

That night we camp on the foot of the first pass. When we clean the pots with some river water the water is frozen within minutes..what are we getting into!!

There are 3 passes to conquer to get to Xining. The first is 3700 mtrs, the second 3800mtrs and the third almost 4000 mtrs. All night it there was storm, but the wind was going in the good direction. When we are having breakfast the wind changes direction though...SHIT!!

But after half an hour the wind decides to change again! Very heavy tail wind, icy cold like it is this is very lucky for us!

We are pushed up the mountain and are so blessed, because it is really really cold. But when we are almost at the top it starts snowing. We have to get down fast! After the pass there is a village, we race down as fast as possible. We arrive totally frozen, without any feeling in legs, feet and hands. When we stop at the first restaurant we see 2 bikes. It are Lorena and Tim! Wow, this is a nice surprise! We join them inside, defrost and eat a bit. We sit there for some hours. Outside there is a heavy snowstorm and we are afraid that the next pass will be closed tomorrow. It is nice to have some exciting stories, but this one is getting old. We don't really know what to do, but we can not continue, so when we are warm again we decide to look for a hotel. Tim and Wieger find one. And then we see another cyclist approaching! In shorts and a poncho, we recognize him immediately. Its Leo, the English dude with whom we have cycled in Uzbekistan, 1000nds of kilometers ago.We share a room together in the most shitty hotel ever. But there is central heating and we have a good time with the 5 of us.

Next day the sky is blue and the sun is shining. There is still a lot of snow and ice on the road, but we continue nevertheless. We cycle together with Leo. Tim and Lorena will follow later. The road is good and the icy landscape is beautiful. This is starting to feel like Tibet. Around 12.00 o'clock we are on the top and at 14.00 o'clock we arrive in the next town. Since it was still minus 12 during the day we decide to take a hotel again. This hotel has the best beds in China! In the evening also Tim and Lorena arrive.

After a night of good sleep it is time for the 3th and possibly hardest pass. When we are leaving we see another 2 cyclists. It is Ralph, our German colleague bikepunk and a mate of him, Holger.

And on our way up we also meet another Chinese cyclist. With a whole gang we go up the mountain. Some cycle fast, others less, at the top we meet again, have a snack and get dressed for the cold descent. The ascent was ok, not as though as expected, we hope the descent will not be as cold as the previous one.

We and Leo camp 30 km before Xining, this will save us a night of hotel costs. Next morning we ride into the smoggy city of Xining. We are in a nice hostel, where we can relax a bit. We have applied for our visa and can plan the next steps. Are we going to take the route over the plateau, freezing but Tibetan and beautiful or do we go a bit East, to Lanzhou to take a lower route down to Chengdu?

Well, whatever we choose, for real warm weather we have to wait a bit, 1000km to Chengdu where the warmth is waiting for us.

So, family, friends, colleague cyclists and other scum, thanks for reading. Hopefully next time we can show you pictures of banana trees, monkeys, panda's, shorts and green hills!